Onderwijsadvies (advisering, voorlichting en begeleiding) is ontstaan vanuit een tweetal behoeften; de behoefte van scholen aan reflectie op het eigen handelen en de externe ondersteuning van de leerkracht in het primair proces, de onderwijspraktijk. In de beginjaren met name de ondersteuning voor kinderen met gedrags- en leerproblemen.
Onderwijsadvies wordt wel de ‘critical friend’ van het onderwijs genoemd. De aan de adviesbureaus voor onderwijs verbonden experts denken kritisch mee over de doelen die het onderwijs zichzelf heeft gesteld en over de activiteiten die zijn ingezet om de doelen te halen. Scholen stellen zich ten doel het maximale uit elke leerling te halen, talenten te stimuleren en leerkansen te optimaliseren. Daarbij denken de onderwijsadviseurs mee, houden de school een spiegel voor en verbinden initiatieven en alternatieven. Daarmee wordt het personeel ontlast en kan zich focussen op de onderwijspraktijk in het primair proces: het geven van onderwijs en de begeleiding van individuele leerlingen.
Een aantal aspecten van kwaliteitsverbetering van het onderwijs gaan het perspectief van de individuele school of docent te boven. De onderwijsadviseur biedt met zijn specialistische kennis, externe rol en helikopterblik schooloverstijgende een aanvullende expertise. Gezorgd wordt voor continuïteit in de innovatieve ontwikkeling en verbetering van het onderwijs. Onderwijsadviseurs kunnen scholen begeleiden bij knelpunten, coachen en stimuleren tot verandering wanneer dat nodig is ten behoeve van verbeteringen van het onderwijsproces en de opbrengsten daarvan.
Onderwijsadvisering heeft ook een rol voor de wetenschap. Kennis uit wetenschappelijk onderzoek wordt door adviseurs vertaald naar de praktijk zodat het toegankelijk wordt voor de professionals in het onderwijs. Het is ook de verzamelplek voor praktijkgerichte onderzoeksvragen die in het onderwijs leven en koppelt deze terug naar de wetenschap. Zo worden wetenschap, praktijk en beleid verbonden.
Scholen zijn lerende organisaties wanneer zij in staat zijn zich als collectief continu te verbeteren, vernieuwen en ontwikkelen; passend bij de veranderende omstandigheden. Om toekomstgerichte schoolontwikkeling en professionalisering op maat te vertalen naar een specifieke onderwijspraktijk, hanteren adviesbureaus vier bouwstenen:
In partnerschap met scholen samenwerken aan kwaliteitsverbetering. Duurzame verbeterprocessen vragen om een duurzame relatie.
Een wetenschappelijke kennisbasis vormt altijd de basis, die ook écht op de werkvloer, in de klas, moet beklijven.
Ruimte voor ‘learning on the job’ en vormen van informeel leren. Leren in de eigen onderwijspraktijk draagt maximaal bij aan zowel persoonlijke als schoolontwikkeling.
Professionaliseren is een doorlopende en schoolbrede activiteit. Integraal advies zet alle geledingen van scholen in hun kracht.